De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft vandaag in haar publicatie de uitdagingen van de geboortezorg beschreven. In de periode 2023-2024 heeft de IGJ negen Verloskundige Samenwerkingsverbanden (VSV's) bezocht. Ze zien dat ondanks de hoge druk, zorgprofessionals in Verloskundige Samenwerkingsverbanden (VSV’s) goed samenwerken. Het is positief dat de IGJ de inzet van alle zorgverleners ziet en erkent. Tegelijkertijd maakt de IGJ zich zorgen over de verschillen in protocollen en de toegang tot de kraamzorg. De KNOV bespreekt de uitkomsten van deze publicatie binnenkort met de IGJ.
Landelijk kwaliteitsbeleid
De publicatie laat zien dat verschillen in protocollen bij zwangeren voor onzekerheid en ongelijkheid zorgen. De KNOV zet in op een landelijk kwaliteitsbeleid waarbij het ‘wat’ landelijk wordt bepaald en het ‘hoe’ in de regio. De afgelopen jaren zijn de verschillen tussen regio's onverklaarbaar groot geworden. Om dit proces te ondersteunen, wordt een extra platform opgericht waarin verloskundigen die in hun regio werken aan protocollen, ervaringen kunnen uitwisselen en regionale ontwikkelingen kunnen afstemmen.
Toegankelijkheid van zorg
De IGJ ziet dat toegankelijkheid van de geboortezorg onder druk staat. De KNOV herkent de vraagstukken rondom toegankelijkheid en bespreekt deze met verschillende partijen aan de landelijke tafel integrale geboortezorg. Tegelijkertijd is het belangrijk om te benadrukken dat het VSV geen verantwoordelijkheid draagt op het gebied van toegankelijkheid. Deze taak staat niet in de Zorgstandaard Integrale Geboortezorg en ook niet in het VSV-basiskader. Op dit moment kijkt de KNOV aan de landelijke tafel hoe de rollen en verantwoordelijkheden in het systeem helder ingevuld kunnen worden, zodat de taken en verantwoordelijkheden niet onterecht bij de VSV’s terechtkomen.
Samen leren en verbeteren
De samenwerking in de zorg rondom de zwangere verloopt over het algemeen goed, maar de IGJ geeft aan dat er ruimte is voor verbetering in het registreren van transmurale incidenten en calamiteiten. Wanneer er sprake is van een incident ligt de verantwoordelijkheid hiervoor overigens niet bij het VSV. Het VSV is geen zorgverlener. Gezien het effect op de individuele zorgverlener, zien wij geen inhoudelijke rol voor het VSV bij calamiteiten. Het VSV-basiskader geeft aan dat het VSV met name een rol kan hebben in het bieden van een veilige omgeving als er sprake is van een multidisciplinaire casus. Een VSV kan ook bijdragen aan een goede PDCA-cyclus. Dit kan effectief zijn wanneer er sprake is van gelijkwaardigheid, een veilige cultuur en leren vanuit het Safety II-principe. Dat laatste betekent dat continu wordt geleerd van alle zorg die wordt geleverd, niet alleen wanneer er iets misgaat. De KNOV is betrokken bij het proces van de NZa en de Federatie van VSV’s om de uitvoering van de taken uit het VSV-basiskader duurzaam te borgen en te bekostigen.
LPZ-dashboard
De IGJ merkt op dat het LPZ-dashboard niet altijd helemaal actueel is. Hierdoor is het voor verloskundigen niet mogelijk om het dashboard als uitgangspunt te nemen. Het kan echter wel inzicht geven voor ziekenhuizen zelf of voor trendanalyses over de jaren heen. Zolang het dashboard niet volledig up-to-date is, zal een verloskundige alsnog verschillende ziekenhuizen moeten nabellen. Het levert dan wel administratieve lasten op, maar biedt het geen houvast bij acute situaties of capaciteitsvraagstukken voor verloskundigen.
Omgaan met vragen buiten de richtlijn
Zwangeren hebben altijd zelf de keuze of ze de zorg wensen te ontvangen. De IGJ signaleert goede voorbeelden waar zorgverleners uit de eerste en tweede lijn een gezamenlijk consult organiseren met een zwangere met een zorgvraag buiten de richtlijn. Bij complexere zorgvragen buiten de richtlijn is het goed dat zorgverleners dit samen oppakken. Met de NVOG is gewerkt aan een nieuwe richtlijn voor zorgvragen buiten de richtlijn. De ledenvergadering van de NVOG heeft op 14 december 2024 besloten de nieuwe richtlijn niet te autoriseren. De KNOV werkt daarom aan een handreiking bij de richtlijn uit 2015. Daarnaast blijft de KNOV in gesprek met de NVOG om te kijken waar we samen kunnen optrekken.
Hoe verder?
De IGJ ziet en erkent de inzet van de zorgverleners in het VSV. Ze zien dat er ondanks de hoge druk goed wordt samengewerkt. Ze signaleren een aantal punten die aandacht behoeven. We bespreken deze waar nodig met de betrokken partijen en met de IGJ. We houden jullie op de hoogte. Als jullie vragen hebben, neem dan contact op met de Helpdesk.