Het verloskundig systeem

Gepubliceerd: 28 augustus 2013, laatste update: 02 februari 2016  

Het Nederlandse verloskundig systeem staat bekend om haar fysiologische benadering en autonome verloskundigen. Het systeem van eerste, tweede en derde lijn is voor veel omringende landen bijzonder. Daar werken verloskundigen vaak in een hiërarchische relatie met gynaecologen en kinderartsen verbonden aan een ziekenhuis.  

Eerstelijns, tweedelijns en derdelijns zorg  

Eerstelijnszorg is toegankelijke zorg dicht bij huis. Met de zorgverleners in de eerste lijn kan een cliënt of patiënt zelf contact opnemen, zonder verwijzing. Dat geldt bijvoorbeeld voor de huisarts, de tandarts en de eerstelijns verloskundige. Zij fungeren als poortwachter naar de tweedelijnszorg: de meer specialistische zorg in het ziekenhuis van bijvoorbeeld een klinisch verloskundige, gynaecoloog en kinderarts. De derde lijn is specialistische zorg in een academisch medisch centrum zoals de neonatoloog, klinisch verloskundige en gynaecoloog.  

Verloskundigen in de eerste lijn  
Een eerstelijns verloskundige begeleidt zwangere vrouwen zolang alles fysiologisch verloopt. Zij heeft een eigen praktijk of werkt in een praktijk. Wanneer blijkt dat een zwangerschap of baring niet normaal verloopt, maakt de verloskundige een inschatting van de aard en ernst van de complicaties. Tijdens deze risicoselectie kijkt de verloskundige of er specialistische zorg nodig is en verwijst de vrouw dan door naar de tweede lijn.  

Verloskundigen in de tweede lijn  
Verloskundigen die in het ziekenhuis werken, worden klinisch verloskundigen genoemd. Zij werken in de verloskamer, de polikliniek, de afdeling voor zwangeren of de kraamafdeling. Daar begeleiden ze vrouwen met een verhoogd risico. Ze werken zelfstandig of onder verantwoordelijkheid of in samenspraak met de gynaecoloog.  

Verloskundigen in de derde lijn  
De verloskunde kent ook nog een derde lijn: de zeer specialistische zorg die geboden wordt in academische ziekenhuizen, zoals specialistische echo’s en de opvang van zeer vroeg geborenen of zwangeren met een hoog risico indicatie.  
 

Visie op zwangerschap en geboorte  

In Nederland worden zwangerschap en geboorte gezien als normale processen die begeleid kunnen worden in de eerste lijn: door verloskundigen en verloskundig actieve huisartsen. Er is een actieve samenwerking tussen gynaecologen en verloskundigen, zodat bij complicaties specialistische zorg in het ziekenhuis kan worden geboden.  
 

Voordelen van het Nederlandse systeem  

Het Nederlandse systeem kent een aantal voordelen:  

  • Als er geen risico’s zijn, kunnen vrouwen zelf kiezen waar ze willen bevallen: thuis, in een kraamhotel of in het ziekenhuis (poliklinisch)  

  • Zwangerschap en bevalling worden zoveel mogelijk benaderd als normale gebeurtenissen  

  • In het geval van een medische indicatie hebben zwangeren de keus om door een klinisch verloskundige begeleid te worden  

  • Tweedelijnszorg wordt alleen gebruikt op medische indicatie  
     

Niet onnodig in het medisch circuit  

Verloskundigen zijn ervoor opgeleid om zwangerschap en bevalling niet onnodig in de medische sfeer terecht te laten komen. Dat geldt ook voor klinisch verloskundigen. Zij benaderen een zwangere vrouw die wordt doorgestuurd vanwege een complicatie (bijvoorbeeld meconium houdend vruchtwater) niet als ziek. Voor zover mogelijk beschouwen ze haar en haar zwangerschap als normaal. Logisch, want het verloop van de bevalling is niet principieel anders, er is alleen meer controle nodig.