Nieuwsbericht

27 juni 2019

Vrouwenbesnijdenis komt in Nederland bijna twee keer vaker voor dan tot nu toe werd aangenomen. Maar liefs 41.000 vrouwen in Nederland zijn genitaal verminkt. Ook het aantal meisjes dat risico loopt op verminking is veel hoger dan gedacht. Dat blijkt uit onderzoek van Pharos, expertisecentrum Gezondheidsverschillen, in opdracht van het ministerie van VWS. Minister Hugo de Jonge (CDA) van Volksgezondheid noemt vrouwenbesnijdenis ‘mensonterend’. Hij stelt dat zorgprofessionals signalen van deze verminking
moeten melden bij de politie.

4.200 meisjes lopen risico

In Nederland wonen ruim 95.000 vrouwen die afkomstig zijn uit landen waar meisjesbesnijdenis een cultureel gebruik is. Naar schatting is 43 procent van hen besneden: bijna 41.000 vrouwen. Het grootste deel van hen (82 procent) komt uit Somalië, Egypte, Ethiopië, Eritrea, Soedan en Irak. In Nederland is vrouwelijke genitale verminking strafbaar, ongeacht door wie en waar de besnijdenis wordt uitgevoerd. Het is een vorm van kindermishandeling, een schadelijke traditionele praktijk. In Nederland wonen 38.000 meisjes in de leeftijd van 0-19 met tenminste 1 ouder uit een land waar VGV voorkomt. Van deze 38.000 meisjes lopen 4200 meisjes het risico besneden te worden in de komende 20 jaar.

Verklaring tegen meisjesbesnijdenis - van belang in zomervakantie

Het ministerie van VWS heeft de ‘Verklaring tegen meisjesbesnijdenis’ ontwikkeld. Deze verklaring is bestemd voor ouders afkomstig uit risicolanden die van plan zijn om op vakantie te gaan naar hun land van herkomst. JGZ-professionals kunnen deze verklaring meegeven aan deze ouders, zodat zij op vakantie in het buitenland hun familieleden kunnen informeren over de consequenties en strafbaarheid van meisjesbesnijdenis.