Nieuwsbericht

29 juli 2025

De kraamzorg kampt elk jaar weer met tekorten, vaak al vanaf het voorjaar tot ver in het najaar. De ernst van het probleem verschilt per regio, maar de impact op de geboortezorg is overal merkbaar. Omdat we hierover de afgelopen periode meerdere vragen van leden ontvingen, zetten we de belangrijkste aandachtspunten voor verloskundigen op een rij.

Verantwoordelijkheid: hoe zit dit ook alweer?

Afwezigheid van kraamzorg roept vaak vragen op bij verloskundigen over verantwoordelijkheid, verplichtingen en aansprakelijkheid. Dat is begrijpelijk: als er geen kraamzorg beschikbaar is, moet de verloskundige meer taken op zich nemen om aan haar zorgplicht te voldoen en de kwaliteit van zorg te waarborgen. Maar kraamzorgorganisaties hebben toch ook zorgplicht? Hieronder leggen we kort uit hoe het zit.

Kraamzorgorganisatie

Wanneer een cliënt al is aangemeld bij een kraamzorgorganisatie, is de kraamzorgorganisatie verplicht om zorg te leveren. Als dit niet lukt, moet de kraamzorgorganisatie zich inspannen om een oplossing te vinden. Zorgverzekeraars Nederland (ZN), Kenniscentrum Kraamzorg (KCKZ) en BO Geboortezorg hebben samen een normenkader (Normenkader kraamzorg bij krapte: wat je als verloskundige moet weten) opgesteld om te waarborgen dat cliënten minstens 24 uur kraamzorg ontvangen, ook in tijden van drukte. Het is als verloskundige goed om op de hoogte te zijn van dit normenkader en de kleurcode die aan de eigen regio door het Kraamzorg Samenwerkingsverband (KSV) wordt gegeven. De kleurcode bepaalt namelijk welke maatregelen in die regio gelden. Zorg dat je regelmatig contact hebt, meestal via de voorzitter van jouw coöperatie, kring of VSV, met het KSV uit je regio.

Zorgverzekeraar

Ook de zorgverzekeraar heeft een wettelijke zorgplicht. Zij zijn verantwoordelijk voor het waarborgen van tijdige en passende toegang tot kraamzorg voor hun verzekerden. Bij signalen van capaciteitsproblemen wordt van hen verwacht dat zij, in samenspraak met het KSV, actief bijdragen aan het vinden van oplossingen. In verschillende regio’s zijn hiervoor diverse maatregelen en afspraken bedacht. Het is belangrijk dat we kritisch blijven over deze “oplossingen” en dat deze tijdelijk blijven en niet structureel worden. Zo kan bijvoorbeeld het opzetten van een kraamhotel tijdelijk wat druk wegnemen.  maar is het geen wenselijke situatie voor de lange termijn.

Partusassistentie

De verloskundige is zelfstandig bevoegd om een (thuis)bevalling te begeleiden. Partusassistentie is bij een thuisbevalling niet wettelijk verplicht. Ook in de richtlijnen wordt dit niet verplicht gesteld. Dit houdt in dat je, ook bij calamiteiten, nog steeds verzekerd bent als er geen partusassistentie beschikbaar is. Stem wel goed met je cliënten af, wanneer je vooraf al weet dat partusassistentie niet gegarandeerd is. Het zou kunnen dat je cliënt hierdoor de voorkeur heeft om poliklinisch te bevallen.

Waar kun jij op letten?

  • Blijf het benodigde aantal uren (her)indiceren zoals gewoonlijk. Zo blijft goed inzichtelijk hoe groot de capaciteitsproblematiek is. Wanneer je minder uren indiceert, vanwege capaciteitstekorten, zal dit een vertekend beeld geven. Registreer duidelijk in het dossier hoeveel uren kraamzorg je hebt geïndiceerd en waarom en noteer ook hoeveel uiteindelijk is geleverd.
  • Neemcontact op met het KSV, meestal via de voorzitter van jouw coöperatie, kring of VSV, in jouw regio om te informeren welke kleurcode van toepassing is en welke maatregelen op dit moment worden genomen om de krapte aan te pakken. Lees hier meer over op: Normenkader kraamzorg bij krapte: wat je als verloskundige moet weten - KNOV
  • Neem contact op met de preferente zorgverzekeraar uit de regio om het probleem te melden. Vraag naar welke oplossingen zij aan het onderzoeken zijn. Soms zijn tarieven mogelijk voor verloskundigen die de capaciteitsproblemen van de kraamzorg opvangen, bijvoorbeeld door een collega-verloskundige als partusassistent in te zetten, of om extra huisbezoeken te doen in de kraamweek.

Wat doet de KNOV?

De KNOV denkt al langere tijd mee over het oplossen van de fundamentele problemen in de kraamzorg. Wij werken aan een stevige basis in de samenwerking tussen verloskundigen en kraamzorg die aansluit bij de beroepsidentiteit van de verloskundige, bij de huidige praktijk en bij de mogelijkheden van de toekomst. We blijven hierover in gesprek met de zorgverzekeraars en de brancheorganisatie van de kraamzorg.

Meer lezen over dit onderwerp

 

Normenkader kraamzorg bij krapte: wat je als verloskundige moet weten - KNOV (2025)
Tekorten in de kraamzorg: een groeiend probleem - KNOV (2023)