Nieuwsbericht

29 juni 2020

De geboortezorgpartijen, waaronder de KNOV, hebben het CPZ gevraagd een plan van aanpak op te stellen voor het herijken van de VIL. In de Zorgstandaard Integrale Geboortezorg (ZIG) heeft de zorgsector de opdracht gekregen ‘de VIL stapsgewijs om te vormen met de betrokken beroepsgroepen naar samenwerkingsafspraken ondersteunend aan de zorgstandaard en waarbij zo mogelijk multidisciplinaire richtlijnen als basis dienen voor de zorgpaden op lokaal niveau’.

Inventarisatie

Om het plan van aanpak te kunnen opstellen heeft het CPZ veel informatie opgehaald bij de VSV’s, de landelijke geboortezorgpartijen en de zwangeren. De VIL, met daarin de Landelijke Samenwerkingsafspraken, vraagt om meer dan een actualisatie. Het vraagt om een herijking: het anders inrichten van de afspraken dan volgens de huidige VIL uit 2003. Herijking van de Samenwerkingsafspraken doet recht aan de nieuwe vorm van samenwerking en de ZIG, passend binnen de integrale zorg. De integrale zorg waarin het niet gaat over de verwijzing van patiënten maar over het verdelen van de zorg voor deze patiënten: welk deel van de zorg past het best bij welke zorgverlener (rekening houdend met de wensen van de patiënt, de bevoegdheid en bekwaamheid van de zorgverlener) waarbij het voor patiënten helder is welke hulpverlener bekwaam en aansprakelijk is voor welk deel van de zorg.

Aanpak

Uit de inventarisatie van het CPZ is gebleken dat het veld behoefte heeft aan het landelijk vastleggen wat (zo mogelijk evidence based) goede zorg is en om de ruimte te krijgen hier regionaal afspraken over te maken. Daaruit voortvloeiend is er een door partijen geaccordeerde plan van aanpak opgesteld. Dit plan bevat de kernvraag: Wat kunnen we landelijk vaststellen wat goede zorg is, hoe gaat deze zorg verleend worden en welke organisatorische afspraken moeten de regio’s hierover maken?

Kijk voor meer informatie over de aanpak op de website van het CPZ.